22-06-2012

Donderdagochtend had ik vrijwel iedereen overtuigd dus mocht het infuus eruit, morfine pompje eraf, katheter eruit. Dat laatste was overigens nog het meest pijnlijke van alles. Echt zo’n lekker brandend gevoel door je urinebuis. “Adem maar goed in en zodra u uitademt trek ik hem eruit.” Eerste 5cm was het ‘okeee’ maar de laatste eerder ‘AUW!’. Even rustig uitademen was er dan ook niet bij. Maar om die drie dingen eruit te krijgen cq los te koppelen moest ik wel van drie verschillende personen hun fiat krijgen. Toen ik overal vanaf was vond de ‘Senior verpleegster’ (zo heet dat tegenwoordig) dat het vlindertje in mijn arm nog wel even moest blijven zitten. Ik noem het maar een vlindertje daar mijn medische kennis vrijwel onbestaande is. Het is in ieder geval dat ding waar ze infuus/morfine/etc op aansluiten.

Aangezien ik slecht ben met uitspraken/advies zonder argumentatie was ik binnen 5 minuten nadat ze vertrok ook van het vlindertje af met behulp van Dokter O. de Vries. Later zijn mijn wondjes nog even gechecked door Paulien en waar nog iets lekte ging weer een pleister op en de rest mag ademen. Ik noem Paulien trouwens even bij naam omdat ik nog nooit zo’n gepassioneerde verpleegster heb meegemaakt. Dat was ook diegene die me gered had toen m’n infuus raar ging doen en mijn afdeling leeg was. Als ik hier richting de drukbezette balie loop *kuch* om aan te geven dat ik een pleister nodig heb krijg ik te horen; ‘Ik kom zo bij u, meneer’. Een half uur later staat er dan nog niemand en mijn pyamabroek wordt echt niet mooier naar mate er meer bloed op druppelt. Maar als Paulien dan de kamer binnenkomt voor mijn bloeddruk en ik vraag haar of ze misschien een pleister heeft dan krijg je dus de verzorging zoals hierboven beschreven.

Genoeg veren. Aangezien ik gisteren 3 uur na de operatie al uit bed kroop en ik ‘s avonds al min of meer vrolijk rondwandelde, vroeg ik aan de ‘Nurse Practitioner’ of ik vandaag naar huis mocht. Ze zou het overleggen met de chirurg maar als ik wilde kon ze wel alvast het ontslaggesprek doen. Dat gedaan en de grootste teleurstelling was dat ik de komende twee weken niet in bad mag. Dit in verband met de oplosbaarheid van enkele hechtingen. Boo!

Nadat ik aan de transplantatiecoördinator had aangegeven mij zorgen te maken over het stilzwijgende gedoe over de epilepsie stuurde ze onverwacht een neurologe langs die op basis van mijn verhaal en de uiterlijke kenmerken bevestigde dat ik zeer waarschijnlijk een insult heb gehad, maar wellicht wat minder zwaar door de reeds aanwezige verdoving. Ben in ieder geval blij dat het uitgeklaard is.

De NP kwam overigens later op de dag met het nieuws dat ik nog niet naar huis mocht, vanwege het insult van woensdag. Maar in principe ben ik om 11:00 vrij on te gaan! Hoewel mijn taxi er pas om 19:00 gaat zijn. Ach, genoeg tijd. In de rokerskamer heb ik inmiddels een bijnaam verworven; ”Teletubbie”, dit vanwege de kleur van mijn borstkas (ontsmettingsmiddel). En nee, het wast er niet gemakkelijk af. Sad face.